Als stellen bij mij komen voor zwangerschapsbegeleiding dan zorg ik ervoor dat er bij het eerste bezoek ook tijd is om even contact te maken met het kindje dat nog in de buik zit. Soms is het nog maar 20 weken oud, nog heel klein. Toch, als de partner dan zijn of haar handen op de buik van de moeder legt, dan is er na een tijdje vaak al een beweging te voelen. Er ontstaat een glimlach rond de mond en soms hoor ik zeggen: “hé schatje, je bent er al.”
Als de moeder al één of meer miskramen heeft gehad, dan is het voor haar soms moeilijk om de verbinding met dit nieuwe kindje aan te gaan. Dat is heel begrijpelijk. Maar voor het kindje wel heel pijnlijk. Stel je eens voor: je komt ergens binnen en de mensen negeren je omdat ze teleurgesteld zijn door iemand anders die ooit ook binnen kwam en zomaar weer wegging. Elk nieuw kindje wat komt heeft het recht op onze volle aandacht en verbinding. De partner kan daarbij helpen. Die kan de verbinding maken, waardoor het voor de moeder ook weer makkelijker wordt.
Geef een antwoord